Dat stelt directeur Fonny van de Heijning van Van Dun Advies na een recente uitspraak van de Raad van State (5 april 2024). Hij pleit bij de provincie voor uitstel van de aanstaande stallendeadline van 1 juli 2024. Hij vindt dat de provincie eerst haar zaken op orde moet brengen. “Het is niet uit te leggen dat ondernemers die keurig doen wat door de provincie van hen verlangd wordt toch in een handhavingsprocedure verzeild kunnen raken. Juridische verankering van het stallenbeleid in een verordening is noodzakelijk en op dit moment de enige juiste stap.”
‘Stal leegmaken door juridisch getouwtrek’
De provincie heeft in een Routekaart en haar Bestuursakkoord alle stappen vastgelegd die een veehouder moet volgen om te voldoen aan de strengere eisen voor ammoniakuitstoot, ook als zij in een juridische procedure zijn verzeild geraakt. “De Raad van State heeft begin april snoeihard geoordeeld. Het eigen beleid van de provincie maakt dat zij helemaal geen vergunning kan verlenen en dat er dan ook geen zicht is op legalisatie. Het gevolg is dat een pluimveehouder nu na lang juridisch getouwtrek (zie kadertekst ) alsnog handhaving op zijn dak heeft gekregen en zijn stal kan leegmaken.”
Juridisch doolhof
Een tekenend voorbeeld volgens Van de Heijning voor het juridische doolhof waarin veehouders belanden bij een vergunningaanvraag. “Om veehouders niet verder in de problemen te brengen, moet de provincie Noord-Brabant de stallendeadline van 1 juli 2024 uitstellen of de uitzonderingen bij voldoende inspanning door veehouders in een verordening verankeren. Vergunningen voor stalaanpassingen bij veehouders in Brabant rusten op drijfzand zonder de juiste juridische grondslag.”
Noodsignaal overbrengen
Deze noodkreet zal Van de Heijning vrijdag 19 april ook overbrengen tijdens de themavergadering van Provinciale Staten. Uit de laatste Statenvergadering hebben wij opgemaakt dat Gedeputeerde Staten wil vasthouden aan hun Routekaart en hetgeen in haar bestuursakkoord is toevertrouwd. Hierin staat stapsgewijs hoe veehouders kunnen voldoen aan de strengere stikstofeisen. Alleen zijn de Routekaart en het Bestuursakkoord in de praktijk juridisch niet waterdicht! Ik hoop dat ons noodsignaal overkomt.”
Meer informatie?
Heeft u vragen over de benodigde aanpassingen in uw stal? Neem dan contact op met (uw persoonlijk adviseur bij) Van Dun Advies.
Tip, lees 'de 10 belangrijkste vragen en antwoorden over de Brabantse stallendeadline'.
TOELICHTING CASUS
De veehouder in kwestie had een natuurvergunning aangevraagd voor zijn bedrijfsvoering. Deze werd vergund, maar later vernietigd door de Raad van State. Meteen daarna is een nieuwe vergunning aangevraagd met de aankoop van ammoniakrechten. Ook die vergunning is verleend, maar vernietigd omdat enkele saldogevende bedrijven niet toereikend bleken voor extern salderen. Vervolgens is voor de derde keer een vergunning aangevraagd met extern salderen. Maar deze aanvraag legde de provincie stil, omdat zij eerst zelf moet onderbouwen dat er voldoende gedaan wordt om de instandhouding van de Natura 2000 gebieden te waarborgen. Daar komt bij dat derden inmiddels een verzoek tot handhaving hebben ingediend, omdat de veehouder in kwestie zonder vergunning draait. De provincie heeft dit handhavingsverzoek afgewezen, omdat ze handhaven niet evenredig vonden. Er is was immers opnieuw een vergunning in procedure en dus zicht op legalisatie. Daartegen is beroep aangetekend. De rechtbank heeft in haar uitspraak daarop gezegd dat er helemaal geen zicht is op legalisatie, want de vergunningverlening ligt stil. Bovendien besloot de rechtbank (in plaats van de provincie) meteen dat de veehouder de lopende ronde pluimvee mocht afmaken, maar daarna zijn stallen leeg moet zetten. De veehouder is bij de Raad van State in hoger beroep gegaan tegen die uitspraak van de rechtbank. Op 5 april jl. besloot de voorzieningenrechter van de Raad van State dat de stal inderdaad leeg moet en de handhaving vooralsnog terecht is.