09-09-2022

Uitspraak Raad van State: Streep door emissiearme melkveestallen

Doen emissiearme stallen wat ze beloven? De Raad van State oordeelt dat dit onzeker is. Zo luidt de uitspraak van woensdag 7 september voor drie melkveehouders in de provincie Utrecht. Volgens Europese natuurbeschermingsregels is dit wel vereist bij het verlenen van natuurvergunningen.

Uit twee wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat de stikstofuitstoot uit emissiearme stallen waarschijnlijk hoger is dan waarvan in de RAV (Regelgeving Ammoniak en Veehouderij) wordt uitgegaan. De rekenwaarden (zogenoemde emissiefactoren) die worden gebruikt om de stikstofuitstoot te berekenen, bieden daarom te weinig zekerheid dat de natuur geen schade oploopt.

Gevolg van de uitspraken
Bij de type stallen die in deze zaken centraal staan, de types A1.13 (Eco-vloer) en A1.28 (Meadowfloor), die van deze van emissiefactoren gebruik maken, wordt geen nieuwe natuurvergunning verleend. Dat betekent dat melkveehouderijen met dit type stal alleen een natuurvergunning kunnen krijgen als uit een zogenoemde passende beoordeling blijkt dat de natuur geen schade oploopt. De uitspraken gaan niet over andere emissiearme stalsystemen in de melkveesector en ook niet over emissiearme stallen in de pluim- en varkenssector. De vraag is echter, dat wanneer andere emissiearme stalsystemen bij melkvee aangevochten worden, deze niet hetzelfde oordeel krijgen van de Raad van State, aangezien ook die systemen afhankelijk zijn van het (stal)management door de veehouder.

De Afdeling bestuursrechtspraak geeft aan dat melkveestallen voor de emissie afhankelijk zijn van de voersamenstelling, vloertype, werken en frequentie van de mestschuiven (mestrobots), ventilatie, voerbakkenplaatsing en mestmixen. Ook de staat van onderhoud en slijtage van materialen en technieken beïnvloeden de grootte van NH3-emissies uit stallen. De vergunningverlening in de melkveesector wordt hierdoor nog verder bemoeilijkt, maar de strenge Europese natuurbeschermingsregels waaraan Nederland zich heeft gebonden, laten een andere uitkomst niet toe. Het is daarom belangrijk dat het door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangekondigde onderzoek naar de effectiviteit van emissiearme stallen, snel duidelijkheid biedt.

Niet de vereiste zekerheid
Er mag op grond van de Europese natuurbeschermingsregels alleen toestemming worden gegeven voor (uitbreiding van) een melkveehouderij als zeker is dat beschermde natuur daardoor geen schade oploopt. Die vereiste zekerheid wordt nu gezocht door de verwachte stikstofuitstoot van melkveestallen te berekenen met behulp van de emissiefactoren uit de Regeling ammoniak en veehouderij. Maar uit een rapport van het Centraal Bureau voor de Statistiek dat gecontroleerd is door de Commissie Deskundigen Meststoffenwet blijkt dat moet worden getwijfeld aan die emissiefactoren. Ze zouden de stikstofuitstoot van emissiearme stallen in werkelijkheid onderschatten. Zolang er twijfel bestaat over de effectiviteit van emissiearme stallen kan de stikstofuitstoot niet met de vereiste zekerheid in kaart worden gebracht.

Emissiearme stallen
Er zijn verschillende soorten emissiearme melkveestallen. Het zijn stallen die door de inzet van technische innovaties minder stikstof zouden moeten uitstoten dan ‘gewone’ melkveestallen. Voor de berekening van de stikstofuitstoot van emissiearme stallen gelden daarom lagere emissiefactoren. Deze zijn gebaseerd op metingen bij proefstallen. Twee natuurorganisaties, Coöperatie Mobilisation for the Environment en Vereniging Leefmilieu, voerden in de procedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak aan dat emissiefactoren de werkelijke stikstofuitstoot onderschatten.

Meer informatie
Onze adviseurs kunnen beoordelen welke stallen aangepast moeten worden en welke stalsystemen er geschikt zijn voor uw bedrijfsvorm. Neem gerust contact met ons op via telefoonnummer 013 – 519 94 58 (Gilze), 0493 – 74 50 15 (Someren), 0486 – 45 01 60 (Reek) of via info@vandunadvies.nl / info@vandun-vangerwen.nl

Ik wil contact